Categorie:Kamphuis

Uit VKSJ-wiki
Versie door Lieve (overleg | bijdragen) op 26 sep 2017 om 06:16 (Hoogveld, Veldegem (Zedelgem))
Ga naar: navigatie, zoeken

VKSJ was in de loop der jaren thuis in verschillende kamp- en vormingshuizen. Oorspronkelijk ging het om een kasteel of gebouw dat gehuurd werd, samen met andere bewegingen. Later kon (v)KSJ het domein 'Hoogveld' kopen (in 1982) en 'De Touwladder' (in 2001). Hieronder wat informatie en anekdotes over deze kamp- en vormingshuizen.

Zonnig Huis, Assebroek (Brugge)

HaverloAssebroek 2002 2.jpg

In april 1937 verscheen een oproep voor een vakantiehuis in Zonnige Jeugd, het ledenblad van VKSJ. Men wees op de moeilijke levensomstandigheden, met zoveel vaders zonder werk en kinderen die nood hadden aan ruimte en gezonde lucht... In juli 1937 volgde het blijde bericht: "Verheugt u, we zijn erin gelukt voor u zo'n rustoord in te richten, midden een mooi park, in het gesticht Haverloo (dicht bij Brugge), door de Eerwaarde Zusters ten onzen dienste gesteld binst de vakantie."

Inderdaad, het eerste vakantiehuis was gevestigd in het Institut de Sainte Marie d'Haverloo in de Weidestraat te Assebroek, Brugge. Dit was een lagere school (basisschool) voor kinderen uit de Brugse adel en hogere burgerij, geleid door Franse zusters. Tijdens de zomervakantie mocht VKSJ het pensionaat gebruiken, midden een groot parkdomein. Ook VKBJ (Vrouwelijke Katholieke Burger- en Middenstandsjeugd) gebruikte het Zonnig Huis. Er gingen studiedagen en kampen door. Per dekenij mochten er groepen van 30 meisjes drie dagen logeren. Per dag betaalde men 15 Bfr (of 0,375 euro). De inschrijvingen gebeurden via de gewestleiding.

Het Zonnig Huis werd plechtig geopend en ingezegend door Mgr. Lamiroy op 19 augustus 1937. De 200 deelnemers aan een studieweek in Eeklo kwamen hier op af, samen met nog 50 leden van het gewest Brugge. Er lag een prachtig zand- en bloementapijt, dat het schild van de bisschop voorstelde. Na een korte plechtigheid in de kapel van het klooster, trok men processiegewijs naar het Maria-kapelletje, in een afgezonderde hoek van het park. Alle VKSJ-groepen hadden hun steentje bijgedragen tot de bouw hiervan. Na de wijding van het beeld wees kanunnik José Lowie ('E.H. Bestuurder') op de betekenis van deze kleine bidplaats, dat de Katholieke Studerende Meisjes moest helpen betere Katholieke Actie-meisjes te worden. Daarna trok men met vlaggen voorop naar het speelplein. Daar werd onder vreugdig gejuich de pausvlag gehesen en "Evvivia" gezongen. Helene Barbier (eerste 'voorzitster' of 'vrijgestelde' van VKSJ, samen met Yvonne Van Maele) hield een toespraak over de betekenis van het vakantiehuis, gevolgd door een Mariahulde en slotwoord van Mgr. Lamiroy. De aanwezige leden konden picknicken in 'ons park' en... beginnen sparen om ook "van ons Zonnig Huis te kunnen genieten".

Na twee zomers in dit vakantiehuis biedt zich echter een nieuwe, nog mooiere gelegenheid aan.

Mariënhove, Wakken (Dentergem)

Marienhove Wakken (Medium).jpg

In 1939 kon het VJKVA (Vrouwelijk Jeugdverbond voor Katholieke Actie) terecht in een "majestatisch kasteel (en geen luchtkasteel)", omringd met een wal, midden een park, voormalig buitengoed van de Hertogen van Bourgondië. In Zonnige Jeugd (ledenblad) wordt het lyrisch omschreven: "...een sprookjesoord, meisjes, met zijn puikverzorgde slaapkamertjes en gezellige vergaderzalen, met lokkende lanen en grasgroene speelpleinen, met zijn oude historische schandpaal, met zijn énig mooi kapelleke... (...) Daar vinden we de atmosfeer terug van ons Zonnig Huis, met erbij de innige gezelligheid ons gans 'thuis' te voelen."

Mariënhove ("hof van Maria") werd ingewijd door Mgr. Lamiroy op 14 mei 1939, in het bijzijn van al de proosten en leidsters van het VJVKA.

Suzanne Waûters, verantwoordelijke voor de Katholieke Actie en dus VJKVA, richtte Mariënhove in, samen met VKSJ en VKBJ. Alle leden van de West-Vlaamse VJKVA waren er welkom, voor studiedagen of kampen, maar in het groot verlof gingen er vooral kampen door van VKSJ. Een VKSJ-lid kon vooraf sparen om een paar dagen in Mariënhove te verblijven. Yvonne Van Maele (dioceesleidster) en Roberte Verholle (eerste betaalde administratieve kracht van VKSJ West) brachten er veel tijd door. Ook tijdens de oorlog. Ze herinneren zich de kampvuren aan de vijver, of het gesleur met matrassen om te slapen in de keuken en eetzaal, wegens veel te koude kamers...

Op een bepaald moment kon men dit kasteeltje niet meer huren en kwam Kroonhove in de plaats. De laatste activiteiten in Mariënhove (die we terugvinden) zijn kampdagen van 2 tot 4 september 1946 en Roodkapjeskampen van telkens 3 dagen, tussen 16 augustus en 1 september 1947. Het kasteeltje in Wakken bestaat nog steeds.

Kroonhove, Oostkamp

RK 32 Kroonhove2.JPG

In 1946 kwam Yvonne Van Maele het kasteel Kroonhove in Oostkamp op het spoor, eigendom van Rotsart de Hertaing. VKSJ kon het voor 18 jaar huren en inrichten. Antoinette Batsleer hielp het realiseren. De stoffenfabriek van de familie Van Maele leverde de gordijnen, en voor de verdere inrichting kon provinciale proost José Lowie goed schooien! Maar ook hier deden de plaatselijke groepen een duit in het zakje. Zo werd via het tijdschrift 'Roodkapje' een tombola georganiseerd: in elk ledenblad staken twaalf loten die de Roodkapjes moesten verkopen. Ze werden bijna allemaal verkocht.

Kroonhove werd ingehuldigd op 27 juli 1946 met maar liefst 750 aanwezige VKSJ'ers en Roodkapjes. Op deze Huldedag werd tevens het zilveren priesterjubileum gevierd van kanunnik José Lowie, de diocesane proost.

Eigenlijk was Kroonhove niet groot genoeg voor alle activiteiten van VKSJ of Roodkapjes. Yvonne Van Maele organiseerde er één keer 'School voor Katholieke Actie' gedurende 6 weken. Dit was vorming voor leidsters van alle Katholieke Actie-bewegingen, georganiseerd door VJVKA. Voor studiedagen moest men meestal uitwijken naar kostscholen (scholen met internaat), wegens gebrek aan plaats in Kroonhove. Er gingen vooral provinciale en nationale Roodkapjeskampen door, omdat zij niet in tenten mochten kamperen. Volgens Miet Haeck konden ouders hun kind rechtstreeks inschrijven voor een nationaal georganiseerd zomerkamp, voor de prijs van 40 à 50 Bfr (ongeveer één euro!). De eerste keer zorgde dat voor een overbezetting, maar men loste het gewoon op zonder kinderen te weigeren. Op zo'n kamp werd altijd de wacht gehouden bij een kapelletje voor Onze Lieve Vrouw, de ganse dag door. Elke dag begon met een vast ritueel: formatie, het hijsen van de vlag, lied zingen en de groet. De kampleidsters waren VKSJ-leden, op een bepaald moment aangevuld met stagiairs van de Sociale Hogeschool. Na twee jaar waren de kampen trouwens erkend door het Nationaal Werk voor Kinderwelzijn. Ze gingen door van 1947 tot 1955.

Andere activiteiten die doorgingen in Kroonhove waren Goedhartenkampen (voor Roodkapjesleiding), Missiekampen, Dienstenkampen... In 1960 ging een Goedhartenkamp door met 80 deelnemers, en het laatste Goedhartenkamp in Kroonhove (dat we terugvinden) was in 1963.

Kroonhove was ook een ideaal kader voor grootse gouwdagen. We vinden foto's terug van de Roodkapjesgouwdag in 1950, het Burchtfeest in 1955 en de Zonneburcht in 1957. (link naar foto's) Op het Burchtfeest in 1955 was het hoogtepunt de overhandiging van de tapijtjes, gemaakt in iedere afdeling, voor Mariëndale (zie verder)!

Volgens Miet Haeck werd Kroonhove later overgenomen door de Kroonwacht (West-vlaamse Chiromeisjes).

Mariëndale, Roeselare

Op 1 juli 1956 opent het JVKA (koepel van de Katholieke Actie) een nieuw "jeugdtehuis" in Roeselare. De hoevesite gelegen in de Ieperstraat 245 werd verkregen dankzij de Bank van Roeselare (sponsor, of was eigenaar???). Alle vrouwelijke Katholieke Actie-jeugdbewegingen kunnen hier terecht, zowel voor hun secretariaat als voor hun kampen en vorming. Maar het wordt toch vooral een VKSJ-huis en een VKSJ-droom die hier gestalte krijgt. De plaatselijke groepen hielpen Mariëndale inrichten: elke plaatselijke VKSJ-groep kon een kamertje helpen aankleden met gordijnen, beddengoed, schilderwerken - en de Roodkapjesgroepen zorgden voor de tapijtjes, die plechtig overhandigd werden op de Gouwdag in Kroonhove (juni 1955). De buitengevels worden geschilderd door Bouworde. Er volgen nog vele werkkampen om het verder op te knappen of te onderhouden.

Er zijn 27 kamertjes en 43 bedden, een refter met ruimte voor 300 personen, een keuken, een turnzaal, drie vergaderzalen en een kapel.

Mariëndale wordt in 1956 ingewijd door vicaris-generaal Vital Van Gheluwe in aanwezigheid van bisschop De Smedt. Het gebeuren werd door heel de stad opgemerkt door de optocht met vlaggen, de groepsmis op de weide, de aansluitende 'dag van het Vlaamse lied', en niet in het minst door hun kleurrijke aanwezigheid van geüniformeerde meisjesgroepen van VKBMJ (Burger- en Middenstandsjeugd), VKAJ (Arbeiders Jeugd), BJB (Boerinnen Jeugd), VKSJ (Studerende Jeugd), Roodkapjes en Kroonwacht (voorloper West-Vlaamse Chiromeisjes). Ze waren allen toeschouwers van de historische stoet die deze dag door de stad trok.

Activiteiten die plaats vonden in Mariëndale (voor VKSJ en Roodkapjes): leidstersweekends, ontspanningsweekends, officiële leidstersaanstelling, gewestvergaderingen, dienstendagen, retraites, proostenbijeenkomsten,... Dit vanaf 1955 (?) tot 1970. Mariëndale sloot als kamp- en vormingshuis op 1 oktober 1970. De secretariaten waren al vroeger (1965-1966) verhuisd naar Centrum Licht en Ruimte.

D'Oude Pastorie, Zande (Koekelare)

Centrum Licht en Ruimte is een geschikte locatie voor secretariaat en studiedagen, maar niet als kamp- en vormingshuis. Dus zoekt VKSJ - en vooral diocesaan proost Joris Weyts en medewerkster Maryline Benoit - naar een huis om te huren of te kopen.

In 1976 komt een tip via Paul Vermeulen (sim-proost) dat de pastorie in het pittoreske Zande leeg staat. De volgende morgen reeds rijden Joris en Maryline ter plaatse en contacteren de burgemeester van Koekelare. Hij toont interesse en noteert ons adres op een bierkaartje... Op 25 oktober 1976 wordt het huurcontract ondertekend, met de niet-contractueel-vastgelegde afspraak dat VKSJ 15 jaar kan huren, met daarna eventueel verlenging van het contract. Het contract start vanaf 1 januari 1977 (en niet 1978 zoals vaak vermeld).

Na de euforie volgt ontnuchtering: er blijken grote renovatiewerken nodig, naast de inrichting. Luc Wouters (vrijgestelde) leidt de werken, met hulp van huidige en oud-leidsters en medewerkers, sympathisanten en werklozen. Gelukkig komt er financiële steun van de Provincie West-Vlaanderen en het Commissariaat Generaal voor Toerisme, dankzij Ward Poppe. De opening vindt plaats op 21 mei 1977. Buurman Willem is conciërge en verzorgt het onthaal en de afsluiting van groepen.

Er kunnen groepen tot 25 personen overnachten. De prijs bedraagt minimum 850 Bfr. (of 21 euro) per nacht. Voor VKSJ-groepen geldt geen minimumprijs, zij betalen 40 Bfr. (of 1 euro) per persoon, per nacht. De boekingen gebeuren bij VKSJ West, of bij het C.J.T. (Centrum voor Jeugdtoerisme) voor de zomervakantie. VKSJ West maakt zelf veel gebruik van D'Oude Pastorie, voor vergader- en vormingsweekends.

Het Zande-verhaal is echter van korte duur. In oktober 1980 meldt het gemeentebestuur van Koekelare dat ze het gebouw willen verkopen. VKSJ overweegt de aankoop of minstens nog verhuur tot eind augustus 1981. De meerderheid is pro aankoop, op voorwaarde dat er subsidie mogelijk is. VKSJ blijft ondertussen veel tijd en geld investeren in het gebouw, en er worden bouwplannen geraamd met een architect. Tot het gemeentebestuur in september 1983 beslist om het gebouw zelf om te bouwen tot ontmoetingscentrum. De huur stopt op 31 december 1983. Er blijven nog groepen logeren tot na de zomer 1984, met boekingen bij het gemeentebestuur of bij het C.J.T.

En ondertussen - tezelfdertijd - groeit een nieuwe, grotere uitdaging in Veldegem...

Hoogveld, Veldegem (Zedelgem)

Nog in dezelfde periode van D'Oude Pastorie blijven Joris Weyts en Maryline Benoit op zoek naar een groter gebouw voor (v)KSJ. Mogelijks niet alleen als kamp- en vormingshuis, want (v)KSJ West overweegt serieus om haar secretariaat weg te trekken uit Centrum Licht en Ruimte. We leven in maatschappij- en kerk-kritische tijden, en niet iedereen voelt zich nog thuis in dit "huis van het bisdom". Er worden oproepen gelanceerd, huizen en domeinen bezocht... tot de ultieme tip in maart 1981 komt van Dhr. Vitse, verantwoordelijke van het Commissariaat Generaal voor Toerisme. Volgens hem staat het kasteel Hoogveld in Veldegem te koop, samen met een fermette, boerderij en 4,5 ha grond.

De eigenares is Myriam de Potter de ten Broeck, weduwe van Alain d'Udekem d'Acoz. En voor hen was Hoogveld eigendom van baron van Zuylen. Een domein met geschiedenis!

Dit is een unieke kans, maar niet zonder risico. (v)KSJ West is geen rijke beweging, integendeel. Waar de meerderheid in eerste instantie positief staat tegenover het project, blijken na twee maanden nog slechts twee mensen in het project te geloven: Joris en Maryline. Maar hun enthousiasme is zo aanstekelijk, dat ze toch de goedkeuring krijgen om verdere stappen te zetten. Er worden financiële acties gestart, subsidie-mogelijkheden onderzocht, onderhandeld over de aankoopprijs,... Ondertussen blijkt ook dat er een autostrade zal aangelegd worden op 400 meter, met op- en afrit - wat de bereikbaarheid aanzienlijk zal verbeteren. Uiteindelijk stemt een meerderheid in augustus 1981 voor de aankoop. Een "Commissie Hoogveld" wordt opgericht, met o.a. Antoinette Batsleer (Mère Hélène) en Trees Savaete van Hemelsdale.

Op 6 november 1981 wordt de overeenkomst getekend, met de clausule dat de koop enkel kan doorgaan als er subsidies toegezegd zijn. Er komen ondertussen wel massaal veel giften binnen - Joris Weyts is niet de eerste diocesane proost die blijkbaar goed kan "schooien". Pas in juni 1982 worden de subsidies toegezegd en op 9 juli 1982 wordt de koopakte definitief getekend in Luik. Op 1 juli 1982 start Bouworde hun werkkampen gedurende heel de zomer, met 20 personen. Ook veel (v)KSJ-groepen en medewerkers komen hun duit in het zakje doen. De allereerste groep - het provinciale SIMKAMP - verblijft in het kasteel in december 1982, weliswaar nog in primitieve omstandigheden. Maar het gevoel om nu thuis te zijn op dit prachtig domein maakt alles goed.

In juli 1983 start de verbouwing van het Hoevetje, dat opent met 15 bedden vanaf september 1983. En in december 1983 wordt een prefab verhuisd naar het domein, als polyvalente zaal, met keuken en slaapruimte. Hoogveld wordt officieel geopend op 9 september 1983.

Maryline Benoit woont voortaan met haar gezin in de fermette, als inwonend conciërge en coördinator. In een apart deel van de fermette komen 3 kamers en een living voor tijdelijke opvang van mensen in moeilijkheden. Lieve Boone stopt haar taak als pedagogisch vrijgestelde in (v)KSJ en wordt animator in Hoogveld (tot 1988). Zij blijft lid van het Dagelijks Bestuur van (v)KSJ West, om de band tussen beide te onderhouden.

In juni 1984 keurt (v)KSJ West de oprichting van een aparte vzw Hoogveld goed, met vertegenwoordiging in de raad van bestuur. Op die manier wordt gekozen voor een band met een zekere autonomie. VKSJ West blijft eigenaar en vzw Hoogveld beheert het domein in erfpacht.

Sindsdien is Hoogveld een begrip geworden. Het werd een prachtig onderhouden domein, met vier gebouwen die een aparte stijl hebben en goed uitgerust zijn. Dit is de verdienste van de bezielers van het eerste uur, Maryline Benoit en Joris Weyts, samen met heel wat medewerkers en sympathisanten.

Meer info: www.Hoogveld.be

De Touwladder, Dadizele (Moorslede)

overzicht

Deze categorie bevat geen pagina’s of media.